Paragrafen

Grondbeleid

Financiële kaders
In de Nota Grondbeleid 2020 zijn de financiële uitgangspunten van de grondexploitatie opgenomen. Naast de uitgangspunten betreffende de raming van de inkomsten en uitgaven zijn hierbij tevens de financiële kaders in beeld gebracht.

Een belangrijk uitgangspunt is dat de grondexploitatie zelfvoorzienend moet zijn. Verliesgevende complexen dienen hierbij te worden gedekt door winstgevende complexen, zodanig dat de grondexploitatie zich zelf kan bedruipen (zelfvoorzienend) en geen beslag op de algemene middelen behoeft te worden gelegd.

Voor het geval de grondexploitatie verliesgevend is, dat wil zeggen op het moment dat toekomstige verliezen niet meer gedekt kunnen worden uit de exploitatieoverschotten worden de plannen versoberd of het programma (ambitieniveau) neerwaarts bijgesteld.

Voor het opvangen van macro-economische ontwikkelingen voor het bestaande beleid, alsmede voor de ontwikkelingen van toekomstige plannen komen de verwachte winsten met ingang van 2010 ten gunste of ten laste van de bestemmingsreserve Risicobuffer Grondexploitaties.

Financiële uitgangspunten prognoses
Naast de bovengenoemde financiële kaders zijn in de beleidsnota grondbeleid Rheden 2020 de volgende financiële uitgangspunten opgenomen, die bepalend zijn voor de financiële prognoses in de begroting 2020 en meerjarenraming 2020-2023:

  • Twee keer per jaar wordt per complex een actualisatie opgesteld van de te verwachten inkomsten en uitgaven (exploitatie opzet). Hierbij worden voor de bepaling van de hoeveelheden en prijzen de uitgangspunten gehanteerd, zoals deze zijn vastgelegd in de beleidsnota grondbeleid;
  • Overeenkomstig de beleidsnota grondbeleid en de algemeen aanvaarde grondslagen van resultaatbepaling worden de volgende uitgangspunten gekozen inzake de verantwoording van de toekomstige resultaten:
    • Voor de verliesgevende deelcomplexen wordt een voorziening gevormd ter hoogte van het verwachte verlies, op het moment dat het verlies zichtbaar wordt (voorzichtigheidsprincipe). De voorziening wordt gevormd op het moment dat een (deel)complex in exploitatie wordt genomen. Met het bestuurlijk vaststellen van het te realiseren plan wordt ook het financieel kader vastgesteld. Met dit uitgangspunt voor het in exploitatie nemen van een complex wordt een reëel beeld gegeven van het te verwachten exploitatieresultaat en de noodzakelijke hoogte van de voorziening voor verliesgevende complexen;
    • Voor de winstgevende deelcomplexen zijn nieuwe verslagleggingsvoorschriften vastgelegd in de notitie grondexploitatie 2016. Een nadere uitleg is opgenomen in een in 2018 gepubliceerde actualisatie van de notitie grondexploitatie. De methodiek van winstneming gebeurt volgens de Percentage of Completion methode (POC-methode). Met deze methode wordt zowel rekening gehouden met het toerekeningbeginsel, het voorzichtigheidsbeginsel  en het realisatiebeginsel. Het voorzichtigheidsbeginsel leidt ertoe dat realisatie van winst moet worden uitgesteld tot daarover voldoende zekerheid bestaat. Wanneer er echter voldoende zekerheid bestaat moet voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd en kosten zijn gemaakt tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hierbij mag wel rekening worden gehouden met risico’s. De genomen winst wordt gestort in de Risicobuffer Grondexploitaties.
    • Vanuit de grondexploitatie worden de kosten van het gemeentelijk personeel gedekt, waarbij de bijdrage vanuit de grondexploitatie aan het concern is gebaseerd op de omvang van de ontwikkelingen in de grondexploitatie. Uitgangspunt hierbij is dat alle personele kosten gedekt worden voor zover deze zijn toe te rekenen aan de grondexploitatie.
Deze pagina is gebouwd op 08/30/2021 12:19:37 met de export van 08/30/2021 12:15:55